bacteriologe
- bac·te·rio·lo·ge
- Afgeleid van bacterioloog met het achtervoegsel -e
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bacteriologe | bacteriologes |
verkleinwoord |
de bacteriologe v
- (biologie), (medisch) (beroep) vrouwelijke vorm van bacterioloog
- Het woord 'bacteriologe' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.