bão
- IPA: (Hanoi) /ɓɐ̰ːw35/
bão
- storm, orkaan: ronddraaiende wind in een uitgestrekt gebied met uitzonderlijk lage luchtdruk, meestal ontstaan boven zee, met zeer vernietigende kracht en gepaard met veel regen
- Cơn bão đã tan. – De storm minderde in kracht.
- Gieo gió gặt bão. – Wie wind zaait, zal storm oogsten.
- Góp gió thành bão. – Veel kleintjes maken een groot. (Letterlijk: Winden bundelen in een storm.)
- koliek: hevige pijn die ontstaat ten gevolge van een verkramping
- Hồ Ngọc Đức, Free Vietnamese Dictionary Project