afvloeiing
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: afvloeiing (hulp, bestand)
Woordafbreking
- af·vloei·ing
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van afvloeien met het achtervoegsel -ing[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | afvloeiing | afvloeiingen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de afvloeiing v
- het afvloeien
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord afvloeiing staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.