Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • af·tens·ti·ders
Woordherkomst en -opbouw
  • Noorse zelfstandignaamwoordsvorm met het invoegsel -s- en de woorduitgang -ers
Naar frequentie zeldzaam

Zelfstandig naamwoord

aftenstiders

  1. genitief onbepaald mannelijk en vrouwelijk meervoud van aftenstid