afstrepen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- af·stre·pen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van af en strepen
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afstrepen |
streepte af |
afgestreept |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
afstrepen [1]
- overgankelijk door het plaatsen van een streepje of vinkje markeren als 'afgehandeld'
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord afstrepen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "afstrepen" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
86 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be