afmalen
- af·ma·len
- samenstelling van af bw en malen ww
afmalen [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afmalen |
maalde af |
afgemalen |
gemengd | volledig |
- rijden, afleggen
- Nu ik niet rijd is het zo mogelijk nog drukker voor mij want naast Olivier en Nicola zullen ook Thibault en Anthony wedstrijden afwerken in Mechelen. Ik wil hen allen zo goed mogelijk bijstaan en begeleiden. Ik ga aardig wat kilometers mogen afmalen. Laat dit mijn eerste training zijn met het oog op half januari wanneer met ik Challenge opnieuw aan de slag ga.' [2]
- ‘Mark Renshaw motiveren zal ik niet hoeven te doen. Hij rijdt immers in eigen land en dat werkt steeds aanstekelijk op een renner. Naast hem hebben we ook nog de jonge Fransman Julian Alaphilippe, die zijn eerste kilometers als prof zal afmalen. [3]
- Het woord afmalen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "afmalen" herkend door:
66 % | van de Nederlanders; |
80 % | van de Vlamingen.[4] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ De Standaard 26/12/2013 door jvh Familie Philippaerts klaar voor Jumping Mechelen
- ↑ De Standaard 20/01/2014 door vml TOUR DOWN UNDER. De eerste WorldTour-rittenkoers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be