Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ad·vies·dienst
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord adviesdienst adviesdiensten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de adviesdienstm

  1. instelling die op een bepaald gebied aanbevelingen geeft
     'Adviesdienst': Het gevolg van de wet is ook dat vrouwen moeilijk achter adressen kunnen komen van dokters die abortussen uitvoeren. In theorie zouden ze die moeten krijgen van de "zwangerschapsadviesdienst", waar je verplicht naartoe moet als je een abortus wilt.[1]
     In Twente ligt het aantal ziekenhuisgewonden in 2006 op 441 ten opzichte van 488 in 2005, een daling van 47 (een daling van 10 procent). Dit blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek en de Adviesdienst Verkeer en Vervoer.[2]
Hyponiemen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Informatie geven over abortus in Duitsland: 6000 euro boete” (28-04-2018), NOS
  2.   Weblink bron
    Erik Hogeboom
    “Aantal verkeersdoden Twente iets hoger” (23-04-2007), Tubantia