aanweiden
- aan·wei·den
- samenstelling van aan bw en weiden ww
aanweiden
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
aanweiden |
weidde aan |
aangeweid |
zwak -d | volledig |
- weer na de wei brengen van vee na afloop van de winter
- Het woord aanweiden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.