Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aan·klaag·de

Werkwoord

vervoeging van
aanklagen

aanklaagde

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van aanklagen
    • ... dat ik aanklaagde. 
    • ... dat jij aanklaagde. 
    • ... dat hij, zij, het aanklaagde. 
Synoniemen

Gangbaarheid