Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aan·de·len·spel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aandelenspel aandelenspellen
verkleinwoord aandelenspelletje aandelenspelletjes

Zelfstandig naamwoord

het aandelenspelo

  1. het, al dan niet fictief, aan- en verkopen van beursaandelen als gezelschapsspel
     Met de huidige koersontwikkeling en de prognoses voor de toekomst bestond het gevaar dat steeds meer studenten van de Handelshogeschool in de problemen zouden raken als ze het aandelenspelletje serieus gingen spelen.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “De tweede doodzonde” (2020), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044645149