Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Zam·bi·aan
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Zambiaan Zambianen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de Zambiaanm

  1. (demoniem) een inwoner van Zambia, of iemand afkomstig uit Zambia
Verwante begrippen

Gangbaarheid