Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Tan·za·ni·aan
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Tanzaniaan Tanzanianen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de Tanzaniaanm

  1. (demoniem) een inwoner van Tanzania, of iemand afkomstig uit Tanzania
Verwante begrippen

Gangbaarheid