aanloopleren: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geertivp (overleg | bijdragen)
vooraf aanleren van leerstof
(geen verschil)

Versie van 24 apr 2020 11:43

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aan·loop·le·ren
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

aanloopleren

  1. kennis of vaardigheden vooraf aanleren, als voorbereiding van mogelijks zwakkere leerlingen
    • Wegens de coronacrisis onderzoekt de onderwijscommissie hoe we gebruik kunnen maken van aanloopleren. 
Hyperoniemen

Gangbaarheid