ISO 639-3
svs
 
  • Sa·vo·sa·vo
enkelvoud bezitsvorm meervoud
naamwoord Savosavo - -
verkleinwoord - - -

het Savosavoo

  1. geen meervoud (taal) taal met ongeveer 2400 sprekers op het eiland Savo ten noorden van Guadalcanal in de Salomonseilanden
    • Jonge mensen spreken steeds minder Savosavo.