Sardische
- Sar·di·sche
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Sardische | (Sardischen) |
verkleinwoord |
de Sardische v
- (demoniem) een vrouwelijke inwoner van Sardinië, of een vrouw afkomstig uit Sardinië
Demoniemen bij Sardinië in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
inwoner: Sardiniër, Sard • inwoonster: Sardinische, Sardische • bijvoeglijk: Sardinisch, Sardisch |
Sardische
- verbogen vorm van de stellende trap van Sardisch
- Het woord 'Sardische' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.