Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Dok·kum·se
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van Dokkum met het achtervoegsel -se
enkelvoud meervoud
naamwoord Dokkumse -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

Dokkumse

  1. (demoniem) een vrouwelijke inwoner van Dokkum, of iemand afkomstig hiervan
Verwante begrippen

Bijvoeglijk naamwoord

Dokkumse

  1. verbogen vorm van de stellende trap van Dokkums

Gangbaarheid