Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • At·lan·te·i·sche
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord Atlanteïsche Atlanteïschen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de Atlanteïschev

  1. (demoniem) een vrouwelijke inwoner van Atlas, of een vrouw afkomstig uit Atlas
Verwante begrippen

Bijvoeglijk naamwoord

Atlanteïsche

  1. verbogen vorm van de stellende trap van Atlanteïsch

Gangbaarheid