Antarctische
- An·tarc·ti·sche
- Afgeleid van Antarctisch met het achtervoegsel -e
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Antarctische | Antarctischen |
verkleinwoord |
de Antarctische v
- (demoniem) een vrouwelijke inwoner van Antarctica, of een vrouw afkomstig uit Antarctica
Demoniemen bij Antarctica in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
inwoner: Antarctiër • inwoonster: Antarctische • bijvoeglijk: Antarctisch |
Antarctische
- verbogen vorm van de stellende trap van Antarctisch
- Het woord Antarctische staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.