Antarctisch
Niet te verwarren met: antarctisch |
- Geluid: Antarctisch (hulp, bestand)
- IPA: / ɑntˈɑrktis / (3 lettergrepen)
- An·tarc·tisch
- afgeleid van Antarctica met het achtervoegsel -isch [1]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | Antarctisch | Antarctischer | |
verbogen | Antarctische | Antarctischere | |
partitief | Antarctisch | Antarctischers | - |
Antarctisch
- (demoniem) op Antarctica betrekking hebbend
- antarctisch (officiële spelling vanaf 1955 tot 2006)
- antarktisch (toegelaten in officiële spelling vanaf 1955 tot 1996)
Demoniemen bij Antarctica in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
inwoner: Antarctiër • inwoonster: Antarctische • bijvoeglijk: Antarctisch |
- Het woord Antarctisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 was het woord in de oude spelling “antarctisch” opgenomen.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.