32-jarige
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- 32-ja·rige
Woordherkomst en -opbouw
Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als bijvoeglijk naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
32-jarige
- verbogen vorm van de stellende trap van 32-jarig
- De vulkaan werd weer actief na een 32-jarige periode zonder uitbarstingen.
Schrijfwijzen
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | 32-jarige | 32-jarigen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- persoon die 32 jaar oud is of iets dat 32 jaar bestaat
- De 32-jarige heeft zijn vijf jaar jongere echtgenote tijdens zijn studie in Deventer leren kennen.
Schrijfwijzen
Gangbaarheid
- Het woord 32-jarige staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.