• 138-·ja·ri·ge

138-jarige

  1. verbogen vorm van de stellende trap van 138-jarig
    • De vulkaan werd weer actief na een 138-jarige periode zonder uitbarstingen. 
enkelvoud meervoud
naamwoord 138-jarige 138-jarigen
verkleinwoord

de 138-jarigev / m

  1. levend wezen dat 138 jaar oud is of iets dat 138 jaar bestaat
    • De 138-jarige is voor een schildpad nog heel actief.