- IPA: \tsɯ.jo.i\, [t͡sɨᵝjo̞i]
強い
- sterk, krachtig
- «彼は馬と同じぐらい強い。»
- Hij is zo sterk als een paard.
- hard
- «彼は私の手を強く握った。»
- Hij kneep mijn hand hard.
- bestand
- «この植物は寒さに強い。»
- Deze planten zijn bestand tegen koude.
- intens
- «このコーヒーは強過ぎる。»
- Deze koffie is te sterk voor mij.
- goed in
- «歴史に強い。»
- Hij is goed in geschiedenis.
Kanji
| Kana |
Romaji
|
強い
| つよい |
tsuyoi
|
- 弱い zwak