(klemtoonhomogram)


enkelvoud meervoud
m v o
nominatief лично́й лична́я лично́е личны́е
genitief лично́го лично́й лично́го личны́х
datief лично́му лично́й лично́му личны́м
accusatief лично́й
лично́го
личну́ю лично́е личны́е
личны́х
instrumentalis личны́м лично́й
(лично́ю)
личны́м личны́ми
locatief о лично́м о лично́й о лично́м о личны́х
korte vorm (geen) - - -

лично́й

  1. gezichts-, op het gelaat betrekking hebbend


ли́чной

  1. genitief vrouwelijk enkelvoud van личный
  1. datief vrouwelijk enkelvoud van личный
  1. instrumentalis vrouwelijk enkelvoud van личный
  1. prepositief vrouwelijk enkelvoud van личный