zwoelte
- zwoel·te
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zwoelte | zwoelten zwoeltes |
verkleinwoord | - | - |
de zwoelte v
- onaangenaam broeierige warmte
- De zwoelte van de avond contrasteert met de koelte van de ochtend.
- Het woord zwoelte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zwoelte" herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
88 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be