Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zui·der·se
Woordherkomst en -opbouw

Bijvoeglijk naamwoord

zuiderse

  1. verbogen vorm van de stellende trap van zuiders
    • In zuiderse landen eindigen voetbalpresidenten gegarandeerd in schandaalkronieken. [1]

Gangbaarheid

Verwijzingen