Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zoop

Werkwoord

vervoeging van
zuipen

zoop

  1. enkelvoud verleden tijd van zuipen
    • Ik zoop. 
    • Jij zoop. 
    • Hij, zij, het zoop. 

Gangbaarheid

57 % van de Nederlanders;
41 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be