zoop
- Geluid: zoop (hulp, bestand)
- IPA: / zop / (1 lettergreep)
- (Noord-Nederland): /zop/
- (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /zop/
- zoop
vervoeging van |
---|
zuipen |
zoop
- enkelvoud verleden tijd van zuipen
- Ik zoop.
- Jij zoop.
- Hij, zij, het zoop.
- Ik zoop.
- Het woord zoop staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "zoop" herkend door:
57 % | van de Nederlanders; |
41 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be