zijnentwege
- Geluid: zijnentwege (hulp, bestand)
- zij·nent·we·ge
- archaïsche datief van "zijn weg".
zijnentwege
- vanwege hem, wat hem betreft
- ▸ Ouden en Jongen kwamen, om hunnen voormaligen Schoolmeester te zien, en het geheele Dorp was zijnentwege vol blijdschap-- 1786[1]
1.
- Het woord zijnentwege staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Hendrik Stilling“Hendrik Stillings kindsheid, jongelingsjaaren en vreemdelingschap. )” (1786), Troost, Wouter Arnhem, 1764-1796, 405-406