Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ziet aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aanzien

ziet (…) aan

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanzien
    • Jij ziet aan. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aanzien
    • Hij ziet aan. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van aanzien
    • Ziet aan! 

Gangbaarheid