wieden
- wie·den
- In de betekenis van ‘onkruid verwijderen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1284 [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
wieden |
wiedde |
gewied |
zwak -d | volledig |
wieden
- overgankelijk onkruid verwijderen
- De hele achtertuin is al gewied, nu de voortuin nog.
- Het woord wieden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "wieden" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "wieden" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be