wegvlogen
- Geluid: wegvlogen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈwɛxfloɣə(n) / (3 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈʋɛχvloχə(n)/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈβ̞ɛxvloɣə(n)/
- (Limburg): /ˈwɛxvloɣə(n)/
- weg·vlo·gen
vervoeging van |
---|
wegvliegen |
wegvlogen
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van wegvliegen
- ...dat wij wegvlogen.
- ...dat jullie wegvlogen.
- ...dat zij wegvlogen.
- ...dat wij wegvlogen.
- Het woord wegvlogen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.