Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wan·mand·je
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

het wanmandjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord wanmand
    • Een wanmandje van gevlochten bamboe. [1]

Gangbaarheid

Verwijzingen