• vre·des

de vredesmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord vrede
     In 1648 werd deze periode afgesloten met een aantal onderlinge vredes die samen te boek staan als de Vrede van Westfalen.[1]

vredes

  1. genitief mannelijk  van vrede
     Dit is geen pleidooi voor een principieel pacifisme en hier spreekt niet de geest van het „gebroken geweertje”, door „Trouw” telkens weer opgeroepen als ergens een woord des vredes klinkt.[2]
  1.   Weblink bron
    Roelof van Gelder
    “Een blauwdruk voor Europa; De Vrede van Munster als eerste volwassen Europees overleg” (14 november 1998) op nrc.nl  
  2.   Weblink bron
    H.M. van Randwijk
    “Omdat ik Nederlander ben” (23 juli 1999; origineel 26 juli 1947) op nrc.nl