vliegenpoten
- Geluid: vliegenpoten (hulp, bestand)
- IPA: / ˈvlixə(n)ˌpotə(n) / (4 lettergrepen)
- vlie·gen·po·ten
- vliegenpoot met uitgang -en
de vliegenpoten mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord vliegenpoot
- Kolonel Richard thoe Water ontwaakt allerschrikverwekkendst uit zijn strategische en tactische sluimeringen, zet zijn gouden knijpbril op, en geeft op strenge toon te kennen, dat Willem niet liegen mag, niet bedriegen mag, niet veinzen, draaien, krom door zee gaan mag, (…) en nog minder laat opstaan, vroeg opstaan, op 't dak klimmen, zijn kleren scheuren, vogels vangen, katten meppen, zout op slakken strooien, duiven martelen, vliegenpoten uittrekken, pissebedden roosteren, (…). [1]
- Het woord 'vliegenpoten' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Vestdijk, S.Verzamelde romans. Deel 2. Meneer Visser's hellevaart. (1978) Nijgh & Van Ditmar, Rotterdam; ISBN 90 236 6658 5; p. 34; geraadpleegd 2018-09-22