vleessausje
- Geluid: vleessausje (hulp, bestand)
- IPA: / ˈvlesɑuʃə / (3 lettergrepen)
- vlees·saus·je
het vleessausje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vleessaus
- Ik kies voor een combinatie van Yam en rijst met daarovereheen een vleessausje. [1]
- Het woord 'vleessausje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Aardema, B."Afrika meer dan honger en opstanden" in: Nieuwsblad van het Noorden jrg. 98 nr. 300 (20 december 1985); p. 9 kol. 2; geraadpleegd 2017-06-30