vitriolen
- vi·tri·o·len
- vitriool met uitgang -en
de vitriolen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord vitriool
- 'De aluminibus et salibus' handelt over de atramenta of vitriolen. [1]
- Het woord 'vitriolen' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.