Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·wrikt
Woordherkomst en -opbouw
  • vervoeging van verwrikken: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel

Werkwoord

vervoeging van
verwrikken

verwrikt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verwrikken
    • Jij verwrikt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van verwrikken
    • Hij verwrikt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van verwrikken
    • Verwrikt! 
vervoeging van: verwrikken…
verbogen vorm: verwrikte

verwrikt

  1. voltooid deelwoord van verwrikken

Gangbaarheid