Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·scho·len
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
verschuilen

verscholen

  1. meervoud verleden tijd van verschuilen
    • Wij verscholen. 
    • Jullie verscholen. 
    • Zij verscholen. 
  2. voltooid deelwoord van verschuilen
     Tijdens het liften naar het boerendorp Trout Lake, verscholen in de bergen van Washington, werd ik opgepikt door een vriendelijke, oude man in een versleten tuinbroek, houthakkersoverhemd en een pistool aan zijn riem.[1]

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers