• ver·ge·le·ken
vervoeging van
vergelijken

vergeleken

  1. meervoud verleden tijd van vergelijken
    • Wij vergeleken. 
    • Jullie vergeleken. 
    • Zij vergeleken. 
  2. voltooid deelwoord van vergelijken
     Hoe kon ze dat weten? Was je automatisch dom als je een Ámerikanse'naam had gekregen? Het was onbegrijpelijk maar op dit moment niet heel erg belangrijk vergeleken met alle andere dingen die ik moest proberen te begrijpen.[1]
  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044632767