verenigingslokalen

  • ver·eni·gings·lo·ka·len

de verenigingslokalenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord verenigingslokaal
     Leopoldstadt wemelde toen van de koffiehuizen, schouwburgen, winkels, tempels en verenigingslokalen.[1]
  1.   Weblink bron
    Gerhard Roth (vert. Elly Schippers)
    Requiem voor Leopoldstadt, De Bezige Bij, Amsterdam in: Raster 84, jrg. 28 nr. 4 (1998), ISBN 90 234 1403 9, p. 171