verbrijzeld
- Geluid: verbrijzeld (hulp, bestand)
- ver·brij·zeld
- vervoeging van verbrijzelen: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel
vervoeging van: | verbrijzelen… |
verbogen vorm: | verbrijzelde |
verbrijzeld
- voltooid deelwoord van verbrijzelen