vastpratend
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vastpratend (hulp, bestand)
Woordafbreking
- vast·pra·tend
Werkwoord
vervoeging van: | vastpraten |
verbogen vorm: | vastpratende |
vastpratend
vervoeging van: | vastpraten |
verbogen vorm: | vastpratende |
vastpratend