vaccindosis
- Geluid: vaccindosis (hulp, bestand)
- vac·cin·do·sis
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vaccindosis | vaccindoses vaccindosissen |
verkleinwoord |
de vaccindosis v
- (medisch) de hoeveelheid van een vaccin die per vaccinatie gekregen wordt
- De Europese Commissie hoopt over een aantal maanden goedkoop miljoenen vaccindoses beschikbaar te hebben.