uitgecijferd
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- uit·ge·cij·ferd
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van uitcijferen: voltooid deelwoord (van het scheidbare werkwoord), op te vatten als samenstelling van uit bw en gecijferd ww
Werkwoord
vervoeging van: | uitcijferen… |
verbogen vorm: | uitgecijferde |
uitgecijferd
- voltooid deelwoord van uitcijferen