Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: Trijntje
  • trijn·tje
enkelvoud meervoud
naamwoord trijntje
verkleinwoord

de trijntjev

  1. wijntje en trijntje: drank en vrouwen
    • Hij houdt van wijntje en trijntje 
48 % van de Nederlanders;
32 % van de Vlamingen.[2]