• to·ra's
  • Nederlands gevormd meervoud van tora met de meervoudsuitgang -s en een apostrof om de klank weer te geven zonder het woordbeeld te verstoren [1]

de tora'smv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord tora
  • thora's (volgens officiële spelling)
  • torot (Hebreeuws gevormd meervoud)