toetsten af
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: toetsten af (hulp, bestand)
Woordafbreking
- toets·ten af
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aftoetsen |
toetsten (...) af
- meervoud verleden tijd van aftoetsen
- Wij toetsten af.
- Jullie toetsten af.
- Zij toetsten af.
- Wij toetsten af.
Gangbaarheid
- Het woord toetsten af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.