• tar·gets

de targetsmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord target
     Maar na een week in de woestijn en 5.000 dollar lichter, zit je vaak gewoon weer op maandagochtend op kantoor in een vergadering over targets.[1]
  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers  

targets mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord target

targets

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van (to) target