sukkelend
- suk·ke·lend
vervoeging van: | sukkelen |
verbogen vorm: | sukkelende |
sukkelend
- onvoltooid deelwoord van sukkelen
- ▸ Maar onlangs heeft het sukkelende Vijfde Kanaal zich aan de vergetelheid ontrukt met de lancering van een naaktkalender. Die toont zwart-witte naaktfoto's van vrouwelijke verslaggevers en presentatoren, zonder hun gezichten, zonder intiemere zones, er is geen tepel te zien. Maar iedere vrouw heeft wel een militair attribuut: een camouflagenet over de borsten, een geweer over het kruis, een paar billen op een munitiekist.[1]
- Het woord sukkelend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Wessel de Jong“Oekraïense tv-zender steunt leger met naaktkalender” (Vrijdag 30 december, 21:03), NOS