suffocate
- Geluid: suffocate (VK) (hulp, bestand)
- IPA:
- Bekend sinds eind 14e eeuw, Middelengels suffocacioun; via Oudfrans suffocacion van Latijn suffocationem (< suffocare).[1]
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to suffocate |
he/she/it | suffocates |
verleden tijd | suffocated |
voltooid deelwoord |
suffocated |
onvoltooid deelwoord |
suffocating |
gebiedende wijs | suffocate |
suffocate
- onovergankelijk stikken [1]
- overgankelijk verstikken
- overgankelijk neerslaan
- overgankelijk onderdrukken, smoren [1]
- [2,3,4] stifle