studievoorschotten

  • stu·die·voor·schot·ten

de studievoorschottenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord studievoorschot
     Svi is zeven- of achtduizend dollars schuldig aan de regering vanwege studievoorschotten en hoopt dat zijn vader erbij te hulp zal komen.[1]
  1.   Weblink bron “Memoires 1979-1980.” (2011), Papieren Tijger, Breda, ISBN 9789067282567, p. 58